31 augustus 2014

Magisch uur

Vriendin S zit midden in nare familieomstandigheden en we smsen nu omdat ik haar niet wil storen voor het geval zij in het ziekenhuis is.
Donderdagmiddag stap ik zelf na een werkafspraak het ziekenhuis uit en check mijn mobiel op een bericht van haar, maar nee. De hele dag heb ik nog niets gehoord en dat baart me wel zorgen. "Hoop dat het goed met je gaat", whatsapp ik voordat ik op mijn fiets naar huis stap.

Het is vijf uur geweest, en dat, plus familieomstandigheden van iemand anders, plus einde werkdag, plus dat later (wat ik op moment van fietsen natuurlijk nog niet weet) een stuk van mijn kies afbreekt en ik een scheur in mijn lange leren jas trek, doen mij erg verlangen naar een glas wijn op een terrasje.
Ik fiets de Tuinstraat in en beloof mijzelf dat ik meteen ga plaatsnemen als de Smederij buiten een leeg tafeltje heeft staan. Maar dat heeft de Smederij niet.

Heel goed, hou ik mij voor, heel verstandig. Dat gedrink almaar, en dat Bourgondisch doen, daar moest ik maar een tijdje mee ophouden.
Toch denk ik met spijt aan de terraslege route die ik naar Helpman af te leggen heb.

Op het Schuitendiep fiets ik een stukje tegen het verkeer in naar de Poelebrug. Altijd als ik dat doe denk ik "eigen schuld, moeten ze het maar beter regelen voor fietsers", om mijzelf vrij te pleiten. En dan voel ik mij toch betrapt als ik luid mijn naam hoor roepen.
Daar zit Vriendin S met Haar Broer B op het rijtje terrassen. Aan de witte wijn.
We hebben niet lang want ze moeten zo weer terug naar het ziekenhuis, maar ik krijg wel even de kans om precies te doen wat ik mijzelf nog geen 10 minuten daarvoor beloofde: bijpraten met S en een wijn drinken op een terras.
Ik moest die magie vaker oproepen.
Voor vanavond lijkt het me bijvoorbeeld leuk om heerlijk uit eten te gaan met mijn man. Ik zeg het maar vast.

28 augustus 2014

Echt verbinden

Ik lees "Committed" van Elizabeth Gilbert omdat ik al sinds de middelbare school faliekant tegen het huwelijk ben en ik oprecht niet begrijp hoe iemand die daar ook geen fan van is er toch instinkt.
Ik heb het boek nog niet uit dus ik weet nog niet met welke overgave ze uiteindelijk in dat bootje stapt, maar ze moet trouwen omdat Home Security dat wenst. Dus doet ze onderzoek naar huwelijkse gewoonten in de rest van de wereld. En dat vind ik bijzonder om te lezen.
Ik ben nu aanbeland bij een stuk over een volk in Laos waar meisjes tegenwoordig een opleiding volgen en zij hun eigen geld verdienen, waardoor jongens, die het land bewerken en niet doorleren, voor hen niet meer interessant zijn. En dus gaat niet alleen de economie er voor dat volk totaal anders uit zien, maar ook op demografisch gebied zal niets meer hetzelfde zijn.

Financiële onafhankelijkheid verandert inderdaad het bestaan voor vrouwen.
Waar in niet-westerse gebieden het financiële aspect en het voortbrengen van kinderen de belangrijkste redenen voor een huwelijk zijn, blijkt het in de westerse wereld (of die in Amerikaanse speelfilms) vaak een zaak van zelfrespect te zijn: uit een huwelijk halen vrouwen de bevestiging dat er iemand is die hen bijzonder vindt, dat ze gewenst en zelfs gewild zijn. Als je niet getrouwd bent ben je blijkbaar niet aantrekkelijk genoeg.
Nog niet zo lang geleden mochten vrouwen geen bezit hebben. Zodra ze trouwden mochten ze niet meer werken, en gingen eventuele bankrekeningen, huizen en andere waardevolle zaken onmiddellijk over in de handen van hun man.
Ook zijzelf mochten ze niet bezitten, en braaf wierpen ze hun naam en identiteit van zich af. Overzees willen ze nog wel eens een stap verder gaan door ook meteen maar de voornaam van hun man aan te nemen. "Ik ben Mrs. James Madison", kan me toch niet voorstellen dat Dolley dat echt ooit gezegd heeft.
En dan zijn er nog steeds vrouwen die dat vrijwillig doen omdat het 'zo romantisch' is. Die stap begrijp ik oprecht niet en dat is natuurlijk ook niet nodig. Zo lang ik maar niet mee hoef te doen aan die ongein die zegt dat ik niet mag bestaan zonder die ring (ja hoezo trouwens krijgt de man er in het buitenland NIET per definitie ook eentje?), en dat ik niets waard zou zijn zonder dat papiertje?
Overigens blijkt het huwelijk als instituut minder solide te zijn sinds er getrouwd wordt vanuit liefde in plaats van economie, maar dit terzijde.

Wat mij in dat boek opvalt en een doorn in het oog is, is dat samenwonen door Gilbert niet wordt gezien als "committed".
Ook al koop je samen een huis, krijg je samen kinderen, heb je een testament op elkaar en geldt je samen voor de belastingdienst als een economische eenheid, dan nog vinden sommige mensen dat jij je blijkbaar niet echt kunt binden. Want je kunt 'zo weg'. Ja, daarom bestaan er geen scheidingen.
Ten eerste: wat is er zo prijzenswaardig aan 'kunnen binden' dat het vrijwel altijd de voorkeur verdient boven 'flexibele inzet', om maar een zijstraat te noemen?
En ten tweede: wie bepaalt wanneer ik serieus in een relatie sta en wat de juiste manier is voor mij om in een relatie te staan?

Ik begon het boek omdat ik dacht op dezelfde oorspronkelijke lijn te zitten als de schrijfster, maar die neemt mij halverwege ineens niet serieus meer. En dat valt dan vies tegen.
Ik ben op pagina 143, heb er nog tot 92 te gaan.
Ik weet dat Gilbert uiteindelijk trouwt, ik weet alleen nog niet hoe ze daar op dat bewuste moment over denkt. Maar de ondertitel "A Skeptic makes Peace with Marriage" doet het ergste vrezen.
Ik lees dapper door en hou vast aan mijn eigen adagio: het huwelijk is als roken, goddank hoeft het niet meer.



De foto is van Daniël Ilinca

18 augustus 2014

Geschoren

Van die dingen waar vrouwen het met mij nooit over hebben: hoe vaak en waar scheer jij op vakantie je benen?
Doe je dat op de camping onder de douche waar rijen mensen staan te wachten, die onder de saloondeuren door blauwe plakken gel op de vloer zien vallen? Of leg je je been bevallig over een wastafel waar de klodders tandpasta van de vorige gebruiksters wel wat stoppels kunnen opvangen?
Om van de dilemma's af te zijn neem ik weer eens een Besluit: ik ga deze zomer mee met de nieuwe trend om beenharen niet langer te scheren. Bovendien is dat bij mij helemaal niet zo gruwelijk want ik heb lieve zachte blonde haartjes die in het land van donker begroeide vrouwen niet eens opvallen.

Het is warm, de benen worden bruiner, en de blondies doen het al heel snel - heel goed, ze groeien als kool. Geen mens die ze opmerkt, niemand die terugdeinst. Zelf voel ik me wel wat belemmerd door De Gewoonte en Het Beeld, dus steeds als ze het stoppelstadium voorbij zijn, zacht aanvoelen en glanzen in de zon, stap ik onder een eenzame campingdouche en scheer ze er allemaal weer af.
En begin meteen weer opnieuw te sparen want ik vind het laf dat ik zo snel afhaak.
Het scheren zelf is vervelend, het vergt planning, het kost soms zelfs extra warmwatermuntjes. Het is een handeling die iedere vrouw verricht en die toch intiem is.
Ik moet het scherp toeziend oog trotseren van de Siciliaanse schoonmaker die 10 uur per dag het campingsanitair dweilt en iedereen aankijkt met een blik van "Je maakt mij niets wijs". En ik moet over het schaamtegevoel heen stappen als ik me herinner dat ik het roze mesje heb vergeten te verstoppen voor de schoonmaakster in het hotel.

Het idee om benen te scheren is natuurlijk erg achterhaald. Ik geloof dat het pas 'in' werd zo halverwege de jaren 80, toen men na de hoogtijdagen van ABBA en de wortelbroek nieuwe manieren moest bedenken om te laten zien dat het vrouwenlichaam eigenlijk niet oké was.
En dat terwijl beenharen niet stinken, er blijft geen vuil in hangen en er is geen andere hygiënische reden om ze te verwijderen. Dit overigens in tegenstelling tot De Baard die, bedenk ik nu, eigenlijk een hele nare bron van ziektes kan zijn en verdraaid, waar hebben we het over?

Op de laatste camping pak ik de afwasteil, vul die naast de tent met lauw water en zet mijn voeten er in. Met lange halen werp ik de blonde haartjes van me af en spoel mijn halfbakken actie met het afwaswater in het Italiaanse riool. Ik heb publiek op het veld dat vanuit ooghoeken toekijkt.
Mijn eerste stap is openlijk scheren, ik hoop mijzelf zo te laten zien hoe stom het eigenlijk is.

10 augustus 2014

Traditie

Op onze eerste avond in Duitsland, op weg naar Italië, eten we altijd schnitzel met bratkartoffeln en daar drinken we bier bij. Het schitzeltje knort koket ons schuldgevoel over onbescharreld vlees weg, als een aftrap voor de weken van Italiaans voedsel waarvan ook de herkomst volledig onbekend is.

Op de eerste avond terug in onze eigen huis eten we van de snackbar. Maar eigenlijk smaakt dat nooit.
Het enige wat dan lekker is zijn de knapperige rauwe uitjes bij de frikandel.
Over frikandel gesproken: ik heb ooit als horecamedewerker geleerd dat het verschil tussen frikaNdel en frikadel is dat in de eerste meer afval zit dan in de tweede. Het ontbreken van de N was een soort keurmerk. Dacht ik altijd. Ik weet nog steeds niet of het klopt dat een enkele N zoveel zegt. En nu we het er toch over hebben: wat is er gebeurd met de P van hempje?
Waarom mag Jan en alleman tegenwoordig maar hemdje schrijven alsof het niets is? Bij de Zeeman dacht ik nog neerbuigend "Ja logisch, die maken wel eens een taalfoutje", maar toen zag ik het ook bij de Mavo-boetieken en ik sloot mijn ogen maar voor de rest.
Maar ik kan niet met dichte ogen rond blijven lopen en doen alsof ik die lagere school voor niets met goed gevolg heb doorlopen? Of ben ik al op de leeftijd dat ik terugkeer naar vroeger, en dat ik alle nationale spellingsaanpassingen één voor één vergeet?
Ongelooflijk, o en breek mij dáár de mond helemaal maar niet over! Iedere keer dat ik 'ongelofelijk' tegenkom, wat volgens de spellingscontrole nog goed is ook, draai ik me alvast om in mijn urn. Dat is dus weggegooid belastinggeld geweest, die paar jaar lagere school (of toch basisschool?) toen 'dictee' mijn lievelingsproefwerk was.
Ik bedoel, kom je terug van vakantie en dan verwacht je dat alles een kleine beetje hetzelfde is. En dan smaakt die patat voor geen meter.